Parapat - Sipirok - Bukittinggi - Padang

Sumatra is eigenlijk prachtig, als je maar niet door de palmplantages rijdt. Net als de rest van Indonesie kan ik me geen fotogenieker landschap voorstellen. De schakeringen in groen, het oeverloze aanbod van prikkels in de vorm van een woud van reclame-uitingen in de dorpen en steden, en de mensen niet te vergeten. Vandaag rijden we door weer een afwisselend landschap van Parapat naar Sipirok. Maar allereerst moeten we op jacht naar diesel voor onze bus. De diesel is regelmatig schaars op Sumatra. De staatspompen hebben al standaard borden laten maken met 'Sonar habis' (diesel uitverkocht). Nu wordt de benzine en de diesel zwaar gesubsidieerd, maar dat levert al jaren een discussie op. Men ervaart het als een subsidie voor de rijken. Immers, zij zijn degene met een auto. Het schijnt dat de nieuwe president Jokowi plannen heeft om deze subsidie af te schaffen of in ieder geval te verlagen.Wat dan o.a. het gevolg zou kunnen zijn is een halt toe roepen aan de illegale, gesubsidieerde dieselverkoop. Het is een publiek geheim, dat regelmatig diesel uit grote tankers verdwijnt naar het buitenland, en dat dan nog wel onder verantwoordelijkheid van uiteraard weinig integere legerofficieren! Deze dagen weer meer stuitende verhalen gehoord rond de corruptie in dit prachtige land. Zo blijkt een hoofd der school prijsafspraken te maken met kleermakers over de prijs van de verplichte uniformen voor zijn school. Daarbij steekt hij een ruim percentage in eigen zak. In plaats van zich bezig te houden met de kwaliteit van het onderwijs op zijn school, maakt hij zich schuldig aan zelfverrijking; om hoeveel schoolhoofden het gaat is mij niet duidelijk, dit was een verhaal uit eerste hand! Een derde opvallende anecdote gaat over de slechte kwaliteit van de asfaltwegen. Net als bij ons kan de aanleg van een traject worden aangenomen.Vaak zie je bij een project een aankondiging met naam en toenaam, lengte, data en inclusief aanneemsom. De aannemer die de klus uiteindelijk uit mag voeren sjoemelt bijna standaard met de kwaliteit van het asfalt zodat hij zijn winstpercentage lekker opschroeft. Dat vervolgens het nieuw afgeleverde wegdek binnen een paar maanden naar de Filistijnen is, levert alleen maar gevaar en ergernis op bij de modale weggebruiker, de overheid doet niets.
Enfin na het zuur komt het zoet. Voor ons in de vorm van de eerste stop bij een ananas plantage. Op zich weinig spectaculair, maar wel zeer aangenaam, omdat we een steekproef uit de overheerlijke oogst mogen proeven. Meneer Delmonte kan echt niet tippen aan de kwaliteit van hier, met de door hem aan Albert Heijn geleverde vruchten! Een uurtje rijden brengt ons dan bij een prachtige plek waar kalk wordt gewonnen. Midden tussen de sawa's doemt bij Sipoholon een spectaculaire rotswand op, met een heetwaterbron en een kalkgroeve. Met het hete water, dat spontaan uit de rots stroomt wordt (nog) nauwelijks iets gedaan. Dit is Indonesie, dus dat betekent, dat we vrijelijk over de deze plek kunnen rondbanjeren, maar de vraag is of dit allemaal even verantwoord is. Voor we uiteindelijk Siporok bereiken vinken we nog even een traditionele markt af en genieten van prachtige vergezichten en toch weer andere sawa's dan de bekende van Bali. Ons hotel in Siporok dient slechts als 'transit-hotel' op weg naar Bukittinggi. Niettemin is dit een plek om nog eens naar terug te gaan. Het geheel is zeer sfeervol en bestaat uit stijlvolle bungalows gebouwd rond een prachtig robuust hoofdgebouw met de receptie en het restaurant. Speciaal voor ons is een plaatselijk talent ingehuurd dat gezeten achter zijn Hamondorgel covers van Tom Jones en Engelbert Humperdinck ten gehore brengt. Ook Zufnal waagt zich onder zijn orgelbegeleiding aan een aantal min of meer gelaagde deuntjes.
'Early to rise, makes a man healthy, wealthy and wise', zou een thema van deze reis kunnen zijn, want Sipirok verlaten wij in alle vroegte richting Bukittinggi. De laatste stop in Batakland is Air Bangge. Dit dorp herbergt een groot aantal smeden die hier binnen een cooperatie het betere ijzerwerk leveren.Alle mogelijke varianten van messen, landbouwgereedschappen, bijlen etc. worden met de hand vervaardigd. Eendrachtige samenwerking van drie smeden die in hoog tempo en in een strak ritme beurtelings op een gloeiend stuk ijzer slaan, levert een bijna perfect lemmet op.
Later op de ochtend passeren we een van de grootste Koranscholen van Indonesie in Purba Baru.Het complex van Pesantren Mustafa Wiyah is te herkennen aan de voornamelijk in licht groene kleur geschilderde gebouwen en hutjes. Naast schoolgebouwen en slaapzalen voor de vrouwelijke leerlingen staan er honderden kleine huisjes van circa 2 bij 2 meter waar steeds drie jongens wonen. Zij eten, koken, slapen en studeren hier! Het diepere doel van deze tamelijk sobere manier van wonen en studeren is met name ook de jeugd uit de gegoede burgerij laten ervaren wat armoe en simpel leven inhoudt. Het stadje wemelt van de groepjes leerlingen, allen gekleed in traditionele uniforme islamitische kledij. Ik krijg het er een beetje benauwd van . . . . . . . . .
Rao is het eerste Minangkabouwer dorp op de route naar het zuiden. Langs de weg is het volledige proces van de produktie van palmsuiker te volgen. Hier groeien een aantal suikerpalmen, het sap wordt afgetapt in bamboestammetjes en vevolgens in een houtgestookte oven gekookt. Daarna gaat de smurrie in een gigantische wadjang en na veel geroer giet men de vloeibare pure suiker in mallen. Na stolling is het eindproduct klaar en wordt in keurige ronde schijven naar Medan getransporteerd. Voor de liefhebber en kenner is dit pure product voor relatief veel rupiahs te koop, het merendeel wordt echter vermengd met o.a. kalk om de kwantiteit wat op te vijzelen, en de kwaliteit te verlagen! Het programma 'De Keuringsdienst voor Waren' zou in Indonesie geen gebrek aan onderwerpen hebben. Nog even verder ligt Bonjol, en hier passeren we de evenaar. Shirtje gescoord, maar daar moet ik nog even ingroeien, te klein gekocht blijkt in het hotel later - maatje 'navelzicht'. In een druilerig regentje rijden we tenslotte door naar Bukittinggi. Helaas is het weer weekend, en Bukittinggi vormt dan het decor voor luidruchtige autochtone weekendvierders. Die drukte blijkt vooral uit luidruchtige karaoke, een markt waar je over de hoofden kunt lopen en drommen wandelaars op de trappen, een soort mini Chinese muur, de Sianok kloof in- en uit. Onderweg nog even op de foto met een goepje 'Satu Dara's'. Zij en de overige Indonesische dagjesmensen redden Koto Gadang nog net. Wij stoere wandelaars trekken verder, na het bezoek aan dit stadje met een groot aantal uitstekende bewaarde koloniale huizen van zo'n 100 jaar oud. Ze zijn nu nog in gebruik als weekendhuis van welgestelde Minangkabouwers uit deze streek die door de week hun geld verdienen in Jakarta.Er wordt gewandeld over het platteland, sawa's afgewisseld met droge akkertjes waar groentes worden verbouwd. Uiteindelijk dalen we via een bamboe bos weer af naar de kloof, steken wat stroompjes over en komen weer uit bij de weg waar een bemo ons oppikt om ons weer naar het hotel te brengen.
's Middags trek ik het stadje in. Al gauw wordt ik 'overvallen' door een klasje middelbare scholieren, die onder leiding van een uitstekend Engels sprekende docente willen oefenen met een buitenlander. We komen echter niet verder dan de geeikte zinnetjes. Vervolgens wat door de stad geslenterd en via de erg drukke kroepoekmarkt en de 'Big Ben' van Bukittinggi weer terug naar het hotel.
Voordat we naar Padang rijden bezoeken we nog even het dorpje Pandai Sikat waar een weverij en een fabriekje waar traditioneel Minangkabaus houtsnijwerk wordt vervaardigd gevestigd zijn. Als afscheid van Sumatra doen we nog even een groot Minangkabau huis aan in Padang Panjang, althans een replica. Een rijke man uit de streek heeft het laten bouwen en er een soort museum van gemaakt. Er is wat koloniaal meubilair te vinden, verder erg veel foto's, waaronder twee waarop Beatrix en Claus staan. Je kunt je hier op Volendamse wijze laten vereeuwigen in een protserig kostuum van de sultan. En u raadt het al, onze Henk hult zich in een goudkleurig kostuum met gouden muiltjes en wuift het volk toe vanuit een van de ramen.
Op naar het vliegveld van Padang. Garuda zal ons eerst naar Jakarta brengen en vandaar door naar Yogyakarta. Denk je eindelijk eens op tijd te vertrekken op een binnenlandse vlucht omdat je met Garuda vliegt, krijg je als nog te kampen met vertraging, terwijl 2 prijsvechters rond dezelfde tijd wel op tijd vertrekken naar Jakarta! Met een vertraging van drie kwartier op 2 uur vliegen in totaal, uiteindelijk gearriveerd in Yogyakarta, een beetje thuis komen toch hier. En met het vooruitzicht twee heerlijke vrije, groeploze dagen . . . . . . . . .

Reacties

Reacties

Jan van Doorn

Hoi Piet,
Toch weer heerlijk die verhalen. Wij hebben die tocht ook gemaakt en genieten dus extra. Wij zouden nu in Amed, Bali, zijn maar hebben deze reis geannuleerd ivm de ramp. Het was nl ons traject en waren er net over gevlogen. Even niet dus. Maar wel weer geboekt voor april. Moeten even de winter overleven. Piet, bedankt voor je verhaal!

Paula Leenders

Piet hier zijn wij niet geweest maar door jouw mooie verhaal krijgen we dat gewoon mee.

Doorgaan en groetjes van ons Henk en Paula

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!